De eerste Waalse agglomeratie heeft ongeveer 700.000 inwoners, waarvan 200.000 in hartje Luik zelf. Opgericht in de 10de eeuw, was het meer dan 8 eeuwen lang de hoofdstad van het Vorstendom Luik.
Luik wordt niet voor niets de Brandende Stad genoemd.
Het zit vol dynamiek en tradities.
Zijn anthologische karakter is Tchantchès, de hoofdpersoon in zijn poppentheater. Zijn arbeiderskostuum gemaakt van een blauwe laboratoriumjas, een pet en een rode sjaal met witte stippen maakt hem herkenbaar bij iedereen. Tijdens de Outremeuse-festivals op 15 augustus marcheerde hij met zijn vrouw Nanesse in een populaire volksoptocht die meer dan 200.000 mensen trok.
Aan het begin van een religieuze gebeurtenis wordt daar tijdens de plechtigheden een mis in Waals gehouden.
Geografisch ligt Luik tussen Condroz, Haspengouw, Pays de Herve en Ardennen.
Het wordt doorkruist door de Maas en wordt verbonden door de Ourthe ten zuiden van de stad.
Parallel aan de Maas werd een omleidingskanaal gegraven, dat de loop ervan heeft verbeterd, met name na talrijke periodes van ernstige overstromingen die de stad bijna één keer per eeuw heeft meegemaakt.
De mijnbouw, met name de winning van steenkool, speelde een belangrijke rol bij de ontwikkeling ervan. De talrijke slakkenbergen die de stad omringen getuigen hiervan.
De staalindustrie mag niet achterblijven: langs de Maas zijn tal van staalverwerkende fabrieken ontstaan, die, goed ondersteund door een vrij dicht spoorwegnet, van Seraing in het zuiden tot Chertal in het noorden, een periode van welvaart in die mate dat het staalcomplex in het midden van de 19e eeuw het grootste ter wereld was en België de tweede economische wereldmacht achter het Verenigd Koninkrijk.
De wereldwijde concurrentie kreeg echter de overhand van deze hausse, die vooral aan het begin van de 21e eeuw instortte, vooral na de crisis van 2008.
Binnen is er een overblijfsel van de narthex (12e eeuw), de Notre-Dame de Saint-Séverin, glas-in-loodramen, waarvan sommige werden geschonken door Erard de la Marck, een polychroom houten beeld (16e eeuw), een kapel van de Heilig Sacrament versierd met medaillons door Jean Del Cour, herinneringen aan Corpus Christi.
Op 21 september 1807 vertrok prinses Pauline, de zus van keizer Napoleon, naar Chaudfontaine om het water te veroveren. Bij deze gelegenheid geeft de prefect de kanongieterij de opdracht om speciale ballen te smelten voor de baden van de prinses.
De ballen worden rood gekleurd in het vuur en vervolgens met een tang ondergedompeld in het badwater. Ze worden vervolgens verwijderd zodat de prinses kan genieten van haar bad op de temperatuur die bij haar past.
Cathédrale datant du 10è siècle fondée par l’évêque Eracle.
L’église gothique date du 13è.
A l’intérieur, une triple nef est bordée de chapelles, sur lesquelles est aligné le transept.
Les voûtes sont à croisée d’ogives peintes de végétaux, animaux et autres figures.
La décoration mobilière et trésor regorgent de chef-d’œuvres d’orfèvrerie, de sculpture et de peinture :
une sculpture du Christ au tombeau de Jean Del Cour, des cloîtres (15è et 16è), des vitraux (16è, 20è).
Expositions temporaires au trésor.
Concerts de carillon en saison de 15:00 à 16:00.
Het collegiale is te danken aan Notger.
Het maakte deel uit van het verdedigingssysteem van Luik, zoals blijkt uit de massieve toren die een uitkijktoren was.
Romaans, Gotisch en Rococo tegelijk, het heeft sporen van elk van deze tijdperken bewaard.
Het bevat een prachtig gebeeldhouwd houten altaarstuk uit de 16e eeuw met honderdvijftig kleine personages die deelnemen aan de twee genoemde evenementen: de passie van Christus en het leven van Saint-Denijs.
Cette Collégiale est connue pour être la préférée de Notger.
On dit que Notger y a été inhumé mais mais on n’a jamais retrouvé son tombeau.
Au 10ème siècle, la Collégiale est fondée sur le modèle du Dôme carolingien d’Aix-la-Chapelle (chapelle palatine construite par Charlemagne en 800). Elle présente le même plan central. Comme à Aachen, le centre est un octogonale bordé d’un déambulatoire surmonté de tribunes.
On y trouve la Vierge à l’Enfant (13è), la Vierge douloureuse (Ecole mosane 13è) et Saint-Jean au calvaire.
Entre 1754 et 1760, la rotonde, les chapelles latérales et le chœur sont reconstruits.
Il s’agit d’une ancienne collégiale de style ottoman édifiée, en grès houiller, entre la fin du 11ème et la fin du 12ème siècle.
Son intérieur est décoré en style baroque français.
La cuve, décorée de 4 scènes relatives au baptême, dont le baptême du Christ, repose sur 4 pierres et paraît soutenue par 10 boeufs (12 à l’origine).
fin 11è à fin 12è L’église est bâtie.
1747 L’église est agrandie. 2 nefs latérales lui sont adjointes. L’on perce le massif occidental d’un portail néo-classique.
1876 Les tours jumelles sont reconstruites.
Binnen zijn er 14de-eeuwse kraampjes, barokke beelden van Jean del Cour en zijn school, een gebeeldhouwde groep "De kroning van de Maagd uit de 14de eeuw, evenals een glas-in-loodraam van de" goede ambachten "uit de 16de eeuw.
Het pad, 610 m lang, verbindt de Rue Pierreuse met de Chemin de la Citadelle met een hoogteverschil van 45 m.
De tweede binnenplaats was gereserveerd voor de prelaat en is gesloten voor bezoekers. Het bevat een fontein met een Louis XV-rooster.
De inkomhal van het Provinciaal Paleis toont, boven de trap, Notger die bezoekers verwelkomt.
De ietwat uitbundige neogotische stijl van het gebouw heeft het de titel "troubadourgotiek" opgeleverd. Maar de inwoners van Luik vinden het erg leuk, met zijn tweeënveertig beelden die grote figuren uit Luik voorstellen, en negentien bas-reliëfs die sleutelmomenten uit de geschiedenis van Luik illustreren.
Het Provinciaal Paleis is, net als het gerechtsgebouw elders, vaak opengesteld voor het publiek. De grote zaal van het provinciebestuur, waar een grote trap met twee verdiepingen naar toe leidt, is zeer prestigieus.
Een personage met gebroken kettingen roept de Belgische revolutie van 1830 op, en het laatste beeld: een personage dat een granaat in zijn jas verbergt, drukt verzet uit tegen de Duitse bezetting tijdens de laatste twee oorlogen.
Gebouwd tijdens de Middeleeuwen, werd het meermaals verwoest door overstromingen of tijdens conflicten en met name tijdens de Tweede Wereldoorlog. Datum laatste reconstructie: 1947.
De directe verbinding met Antwerpen via het Albertkanaal laat het toe om goederen te vervoeren naar het hart van de grote industriële regio van Europa voor het Maasbekken, maar ook naar het Rijnland en Luxemburg.
De Autonome Haven van Luik beheert 26 havens op ongeveer 359 ha grond en 24 km kades tussen Lanaye en Statte, over een afstand van ongeveer 50 km langs de Maas en het Albertkanaal. In de provincie Luik worden twaalf gemeenten getroffen door de Autonome Haven van Luik.
In het stadhuis van Luik roept een groot schilderij dit avontuur op waarin we de Luikenaars Charles Rogier zien volgen, die zwaait met een vlag waarop we "Mourir pour Bruxelles" kunnen lezen. Deze slogan laat de Luikenaars vandaag zeer twijfelen.
De grote kamer wordt overzien door een kroonluchter van drie ton, gebeeldhouwd door Oscar Berchmans en verlicht met 207 lampen.
Het heeft een capaciteit van 1033 personen.
Het banket heeft een capaciteit van 80 personen en de ontvangstzaal van 250 personen.
Dit gerestaureerde gebouw omvat de historische binnenplaats van een voormalig klooster. De capaciteit is meer dan 200 bedden.