Deze voormalige gemeente is ingesloten in het bos, net ten oosten van de Frans-Belgische grens, ongeveer 1500 m van de rechteroever van de Houille, een zijrivier van de Maas.
Het bestaat uit twee traveeën die eindigen in een raamloze vijfzijdige apsis.
Omstreeks 1958 en 1959 werden de zijaltaren, de communiebank en de preekstoel verwijderd. Ter hoogte van het koor werd een nieuwe bestrating aangebracht.